Eind september is alweer het einde van het derde kwartaal. Boekhoudkundig en cijfermatig belangrijk, want op weg naar het laatste kwartaal van 2019 zijn er absoluut nog punten om te checken. Lees snel verder.
Kosten naar voren halen? Er zijn verschillende mogelijkheden om kosten naar voren te halen. Hiermee verschuif je de belastingheffing (deels) naar de toekomst. Dat levert je een rente en liquiditeitsvoordeel op. Wat kan je daar nu nog mee?
Tot 2020
Tot 31 december 2019 heb je de tijd om een voorziening of egalisatiereserve te vormen. Hieraan zijn wel voorwaarden verbonden. Wij zetten het voor je op een rij.
Voorziening
Het is fiscaal toegestaan om een voorziening te vormen ten laste van de winst voor toekomstige kosten en lasten als er (cumulatief) aan de hiernavolgende drie voorwaarden wordt voldaan:
Oorsprongseis – De uitgaven waarvoor je een voorziening wilt vormen, moeten hun oorsprong vinden in feiten en omstandigheden die zich hebben voorgedaan in de periode voor de balansdatum.
Toerekeningseis – De uitgaven zijn bovendien toe te rekenen aan de periode voor de balansdatum.
Zekerheidseis – Er bestaat een redelijke mate van zekerheid dat deze uitgaven zich zullen voordoen.
Tip: je bent natuurlijk niet verplicht om een voorziening te vormen. Heb je nog niet-verrekende verliezen, dan kan het voordelig zijn om geen voorziening te vormen, maar de kosten en lasten in het jaar van de uitgave te laten plaatsvinden, zodat de verrekenbare verliezen daarmee verrekend kunnen worden. Deze verrekenbare verliezen wil je immers eveneens optimaal gebruiken.
Egalisatiereserve
De egalisatiereserve is bedoeld voor kosten en lasten die je eens in de zoveel jaar moet maken. Een van de belangrijkste voorwaarden voor het vormen van een egalisatiereserve is dat het moet gaan om toekomstige uitgaven wegens kosten. Let op, het mag dus niet gaan om aanschaf of verbetering van bedrijfsmiddelen. De overige voorwaarden zijn in de loop der jaren ontwikkeld via de rechtspraak. Zo moeten de kosten:
ongelijkmatig verdeeld in de toekomst worden uitgegeven. Neem bijvoorbeeld het onderhoud van het schilderwerk aan je bedrijfspand. Deze uitgave doet zich voor in een bepaald jaar;
noodzakelijk zijn geworden door de bedrijfsuitoefening in het jaar van toevoeging;
in een later jaar leiden tot een piek in de uitgaven. De kosten van het onderhoud van het schilderwerk aan je bedrijfspand bijvoorbeeld, zijn in de regel niet gering en het betreft ook geen jaarlijks terugkerende uitgave;
zich met een redelijke mate van zekerheid ook daadwerkelijk voordoen.
Let op! Een egalisatiereserve mag je niet vormen voor jaarlijks terugkerende uitgaven, zoals jaarlijks onderhoud. Je mag dus wel een reserve vormen voor kosten die je eens in de zoveel jaar moet maken.
Let op! Ben je vergeten in 2018 of in eerdere jaren een egalisatiereserve te vormen, dan mag je dit in 2019 niet inhalen. De reservering blijft beperkt tot de kosten en lasten die aan dat desbetreffende jaar van reservering kunnen worden toegerekend.
Tip: een egalisatiereserve kan je laten vrijvallen en tegelijkertijd een voorziening vormen, mits je voldoet aan de voorwaarden. Inhaal is dan wel mogelijk.
Wanneer je nog verrekenbare verliezen hebt, trek dan toekomstige kosten af in het jaar van uitgave. Zijn deze verliezen er niet en is er ook nog geen voorziening getroffen, dan kan je dit in 2019 alleen nog inhalen als je reeds een egalisatiereserve hebt. Laat deze dan dit jaar vrijvallen voor de voorziening 2019.