Ondernemers mogen vergoedingen en verstrekkingen aan het personeel onderbrengen in de werkkostenregeling. Volgens de Hoge Raad kan dit in beginsel ook gelden voor aandelenpakketten, aldus een arrest.
Werkkostenregeling
Als je een vergoeding of verstrekking onderbrengt in de werkkostenregeling, is die voor de betreffende werknemer belastingvrij. Denk bijvoorbeeld aan een kerstpakket. Daarbij beschik je als ondernemer ook over een zogeheten ‘vrije ruimte’. De vrije ruimte bedraagt dit jaar 1,2% van de loonsom. Over vergoedingen en verstrekkingen tot dit bedrag betaal ook jij geen belasting. Daarboven wel, namelijk 80% eindheffing.
Let op! De vrije ruimte gaat in 2020 omhoog naar 1,7% over de eerste € 400.000 van de totale loonsom. Over het meerdere blijft de vrije ruimte 1,2% van de loonsom. Dit moet nog wel door het parlement worden goedgekeurd.
Aandelenpakketten via werkkostenregeling
Eerder kwam een zaak voor de Hoge Raad waarbij een bv aan enige groepsraadsleden verstrekte aandelenpakketten in de werkkostenregeling had ondergebracht. Volgens de inspecteur was hierbij niet voldaan aan het gebruikelijkheidscriterium.
Gebruikelijkheidscriterium
Dit criterium komt er in het kort op neer dat een vergoeding of verstrekking niet meer dan 30% mag afwijken van wat in vergelijkbare omstandigheden gebruikelijk is.
Hoge Raad: niet te beperkt uitleggen
In genoemd arrest oordeelt de Hoge Raad dat het gebruikelijkheidscriterium niet te beperkt mag worden uitgelegd. Het betekent in ieder geval niet dat vergoedingen en verstrekkingen in de werkkostenregeling beperkt zijn tot zakelijke vergoedingen en verstrekkingen.
Uitvoerbaarheid
Ook betekent het niet dat vergoedingen en verstrekkingen beperkt zijn tot de door de Belastingdienst gehanteerde uitvoerbaarheidsgrens van € 2.400. De Belastingdienst gaat er namelijk vanuit dat vergoedingen en verstrekkingen tot € 2.400 per werknemer per jaar sowieso aan de gebruikelijkheidstoets voldoen.
Waar ligt de grens?
Waar exact de grens ligt van wat nog wel en niet gebruikelijk is, volgt niet uit de uitspraak. De Hoge Raad verwijst door naar een hof en die moet zich uitspreken over de vraag of de verstrekte aandelen al dan niet aan de gebruikelijkheidstoets voldoen.