top of page

Steunpakket banen en economie voortgezet in derde kwartaal


De vooruitzichten voor het economisch herstel na corona zijn positief en het virus lijkt op zijn retour. Toch zijn er nog veel onzekerheden voor werkenden en bedrijven. Sommige ondernemers hebben fors moeten interen op hun reserves. Het kabinet is daarom van plan om het steunpakket voor banen en economie door te trekken in het derde kwartaal van 2021. Ook treft het kabinet extra maatregelen om bedrijven te helpen met hun gegroeide schuldenlast.


Met de aangekondigde verlenging van het steunpakket is een verwacht bedrag van 6 miljard euro gemoeid. In totaal heeft de regering nu 80 miljard euro uitgetrokken om bedrijven en werkenden te steunen tijdens de corona-pandemie.


Het kabinet wil zoveel mogelijk in de kern gezonde bedrijven door de crisis helpen. Enerzijds is het een risico om te lang door te gaan met steunmaatregelen, omdat die de normale economische ontwikkeling moeilijker maken. Anderzijds is er nog veel onzekerheid over de nabije toekomst en zijn sommige bedrijven door hun reserves heen. De steunpakketten zijn zo ontworpen dat het gebruik ervan mee-ademt: hoe meer omzetverlies, hoe meer steun. Andersom geldt dat dus ook: naarmate de economie weer verder open gaat en bedrijven meer omzet kunnen draaien, groeien zij ook uit de steunpakketten.


De terugkeer naar een gezonde economie, met een normale economische dynamiek, is van groot belang voor het verdienvermogen van Nederland. Met het oog op de huidige situatie en ontwikkelingen, is er nu voor gekozen om het pakket voort te zetten in het derde kwartaal. Daarbij houdt het kabinet vinger aan de pols om zo nodig in te spelen op actuele ontwikkelingen.


TVL en NOW

Het kabinet is van plan om de TVL (subsidie voor vaste lasten) en de NOW (loonsteun) in het derde kwartaal door te trekken. Om starters, groeiende bedrijven en bedrijven die in de knel zijn gekomen met de reguliere referentieperiode beter te ondersteunen, hebben bedrijven vanaf het tweede kwartaal de keuze tussen twee referentieperioden voor de TVL. Aanvullend daarop gaat het subsidieplafond voor grote bedrijven in de TVL naar 1,2 miljoen euro, voor het tweede kwartaal. In de NOW wordt de nieuwe referentiemaand februari 2021.Naar verwachting is met de verlenging en aanpassing een bedrag van 2 miljard euro gemoeid.


Tozo en TONK

Het kabinet stelt daarnaast voor Tozo (steun voor zzp’ers) en TONK (Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten) te verlengen in het derde kwartaal. De focus van de Tozo komt bij toekomstige aanvragen meer te liggen op het ondersteunen en stimuleren van ondernemers zodat zij zo snel mogelijk weer op eigen benen kunnen staan. De terugbetaling van de Tozo-lening voor bedrijfskapitaal is met een half jaar naar achter geschoven, naar 1 januari 2022. Er wordt tot die tijd geen rente in rekening gebracht. Ook is de looptijd van de lening aangepast, van 42 naar 60 maanden. De minister van SZW heeft betrokken partijen gevraagd om de TONK ruimhartig toe te passen en de bekendheid en het bereik te vergroten. Meerdere grote gemeenten hebben dit inmiddels aangekondigd.


Het kabinet neemt ook een aantal maatregelen om de schuldenlast van bedrijven te verlichten en om hun financiële positie te verbeteren.


Samenloop NOW/TVL

De TVL telt vanaf NOW 3 (de subsidieperioden vanaf oktober 2020) niet meer mee als omzet voor de NOW. Bij de aanvragen van de definitieve subsidie vanaf NOW 3 zullen veel werkgevers door deze wijziging meer subsidie ontvangen. Zo krijgen zij meer ademruimte en een steuntje in de rug om weer op eigen benen te staan. Hier is een bedrag van ongeveer 1,5 miljard euro mee gemoeid.


Belastingmaatregelen

Ondernemers mogen later beginnen en langer doen over het aflossen van de belastingschuld die zij vanwege de coronacrisis hebben opgebouwd. Zij hoeven nu pas vanaf 1 oktober 2022 te starten met betalen en hier is vijf jaar de tijd voor. Dit was drie jaar vanaf 1 oktober 2021. Wel wordt van ondernemers verwacht dat zij vanaf 1 juli 2021 weer gewoon belasting gaan betalen.


Ook de voorwaarden om af te lossen worden verder versoepeld. De invorderingsrente, een prikkel om belastingschulden op tijd te betalen, gaat stapsgewijs naar het oude niveau. Dit betekent dat op 1 januari 2022 het percentage invorderingsrente op 1% in plaats van 4% wordt vastgesteld, en vervolgens stapsgewijs omhoog gaat tot 4% op 1 januari 2024.


Op dit moment hebben ruim 250.000 ondernemers uitstel van betaling voor een bedrag van 16 miljard euro. Dit is daarmee een van de belangrijke maatregelen geweest om ondernemers in een lastige tijd te ondersteunen. Veel ondernemers hebben al (een deel) afgelost; in totaal heeft 36 miljard euro aan belastinguitstel opengestaan. Om ongelijkheid tussen ondernemers te voorkomen, is daarom geen sprake van generieke kwijtschelding van nog openstaande belastingschulden.


Het kabinet wil levensvatbare bedrijven voor wie de bovenstaande maatregelen niet voldoende zijn om door te gaan, toch helpen. Een soepele opstelling van de Belastingdienst helpt ondernemers vooral als andere schuldeisers ook coulant zijn. Het kabinet voert hier met andere schuldeisers gesprekken over. Om dit te versnellen worden er binnenkort rondetafelgesprekken georganiseerd. Bij versoepelingen kan bijvoorbeeld gedacht worden aan het opgeven van de voorrangsposities van verschillende schuldeisers.


Een aantal andere belastingmaatregelen die wegens corona genomen zijn, zoals de betaalpauze voor hypotheekverplichtingen en het onbelast kunnen vergoeden van reiskosten, wordt verlengd tot 1 oktober 2021.


Met de uitvoeringsorganisaties zijn afspraken gemaakt over coulante regels voor terugbetalen van teveel ontvangen overheidssteun. Daarbij bieden ze zoveel mogelijk individueel maatwerk.


Time Out Arrangement (TOA)

Sinds begin dit jaar kunnen ondernemers gebruik maken van de Wet homologatie onderhands akkoord (WHOA) om een akkoord met schuldeisers te bereiken. Die wet helpt ondernemers die als gevolg van de crisis schulden hebben moeten maken. In aanvulling daarop stelt het kabinet 200 miljoen euro beschikbaar voor kredieten met lage rente voor mkb-bedrijven voor het herstarten, uitbreiden of aanpassen van hun bedrijfsactiviteiten na een WHOA-akkoord. Dat TOA-krediet maakt onderdeel uit van een set maatregelen om bedrijven in staat te stellen na de crisis de draad weer op te pakken.


Overige maatregelen

  • Het kabinet heeft uitgebreid gekeken naar aanvullende mogelijkheden voor het groot(winkel)bedrijf. Alles overziend kiest het kabinet ervoor geen aparte subsidieregeling hiervoor in te voeren. Een nieuwe regeling is complex in de uitvoering en erg ongericht. Om faillissementen van levensvatbare grote bedrijven te voorkomen, blijft maatwerksteun de beste optie.

  • De kredietgarantieregelingen, zoals de BMKB-C, KKC, GO-C en de regeling Overbruggingskredieten via Qredits worden verlengd tot en met 31 december 2021.

  • De overheid stopt na 30 juni met de garantieregeling herverzekering van leverancierskredieten. Dankzij de gunstige economische vooruitzichten is de regeling niet meer nodig. De verzekeraars zullen ook zonder garantie van de Nederlandse staat, op basis van een gedegen risicoanalyse, dekking blijven bieden

  • Het steunpakket voor cultuur en de creatieve industrie wordt in het derde kwartaal van 2021 voortgezet, zodat de culturele infrastructuur overeind blijft en banen behouden blijven. Voor directe steun aan culturele en creatieve zelfstandigen is 25 miljoen euro beschikbaar en voor BIS- en erfgoedwetinstellingen 45 miljoen euro. Voor leningen aan opengestelde monumenten is een extra bedrag van 25,75 miljoen euro beschikbaar.

  • De in het eerste en tweede kwartaal geldende steunmaatregelen voor de sport en de land- en tuinbouw zullen in principe met één kwartaal verlengd worden.

  • Voor dierentuinen trekt het kabinet 42,5 miljoen euro uit voor de periode dat zij nog gesloten waren in het tweede kwartaal van 2021. Het bedrag is voor doorlopende kosten, zoals verzorging van de dieren. Dierentuinen zijn inmiddels weer open, met inachtneming van de nodige maatregelen.


Bron: Rijksoverheid




bottom of page